Onbeperkt Orgasme

Het is mogelijk het gevoel van orgasme, het hoogtepunt, minuten lang vast te houden. Net als alle andere piemeltips hier, vergt het enige oefening.

Het kan ook met een partner bereikt worden, zowel vrouwelijk als mannelijk.

Tien tot vijftien minuten een doorlopend orgasme voelen is mogelijk en kan met elke piemel.

Orgasme Controle

Het begint allemaal met goede beheersing van het orgasme. Goede controle over de bekkenbodemspier. En daarmee goede controle over de piemel en de prostaat.

De start – stop methode moet vanzelf gaan. De noodzaak om klaar te komen bepaal jij. Jij bepaalt wanneer je piemel klaar mag komen, niet meer je piemel. De drang om te willen klaarkomen heb je onder controle.

Je kunt met en zonder sperma klaarkomen. En het lukt je al om je hele prostaat leeg te maken zonder dat je maar iets van een orgasme voelt. Alle ladingen voor verschillende orgasmes kun je er zelf uit laten komen nog voor er een orgasmegevoel is geweest. Baas over je piemel, baas over je prostaat, baas over je spuitreflexen en baas over je orgasme.

Mini Orgasmes

Wie zijn orgasmes goed beheerst leert mini orgasmes herkennen. Het gevoel van een orgasme begint maar zet niet door. De piemel wordt ook weer wat minder stijf of zelfs half zacht. Daarna kun je weer gevoel opbouwen en eventjes wat fanatieker aftrekken tot het volgende mini orgasme. Het is het punt waar het al zachtjes begint te tintelen in de bovenbenen. Alleen het zet niet door.

De eerste stap is zoveel mogelijk mini orgasmes achtereen te krijgen. Twintig of dertig van deze mini orgasmes is zeker mogelijk. Dat er tussendoor sperma los laat is geen enkel probleem. Het is soms zelfs een teken van vordering in series mini orgasmes leren. Laat je dus niet afleiden door sperma dat af en toe kan komen kijken. Het gaat om het ritme van de mini orgasmes te vinden en vol te houden.

Als zo een serie mini orgasmes goed lukt kan het zo aangenaam zijn dat het groot orgasme zelfs niet echt meer nodig is. Het kan, maar het hoeft niet meer echt.

Maxi Orgasme

Naarmate de series van miniorgasmes goed lukken komt de uiteindelijke stap. Doorlopend klaarkomen.

Eerst wordt het gemakkelijker om de mini orgasmes dichter tegen het volledige orgasmegevoel aan te krijgen. Je kunt tot op de berg komen, maar rolt er niet meer van af.

Daarnaast wordt het ook gemakkelijker om deze orgasmes sneller achter elkaar te krijgen.

Op een gegeven moment beginnen ze te overlappen en zijn dan ook zo intens geworden dat het het zelfde gevoel is als een “echt” orgasme. Zonder dat er een moment optreedt dat het over is.

Je hebt nu het orgasme gevoel maar komt niet meer klaar. Je kunt tussendoor een pauze nemen, je piemel slap laten worden en even tot rust laten komen. Daarna rustig weer stijf maken en nog een ronde gaan. Omdat de afknapper weg blijft, blijft je interesse in je piemel gewoon doorlopen.

Het kan zo prettig zijn dat je een paar dagen het eigenlijk klaarkomen helemaal overslaat. Zeker mensen die van de afknapper een slecht humeur krijgen kunnen zich er overdag stukken beter van voelen.

Nooit meer Klaarkomen

Het hoogst bereikbare, met elke piemel, is nooit meer klaar te komen.

Je voelt de meest intense orgasmes wanneer je maar wilt en hoe lang je maar wilt. Je hoeft eenvoudig niet meer klaar te komen. Het is niet meer nodig.

Het blijft wel belangrijk om bij voorkeur dagelijks je prostaat leeg te maken. Zodra je daar controle over hebt hoef je daar ook niet meer voor klaar te komen.

Ook zul je vrij snel leren dat een paar orgasmes van 15 minuten op dezelfde dag, de volgende dag erg moe kunnen maken. Het is allemaal ook wennen aan het idee dat je nu toch altijd en wanneer je maar wilt een orgasme kunt hebben dat zo lang duurt als je maar wilt. Waar het met een partner is “kun” je ook ineens altijd als je partner zin heeft. Als je echter de dag erop een drukke dag hebt, beter wat orgasmeminuten voor de volgende dag bewaren.

Je leven wordt stabieler omdat je niet steeds “moet wachten” tot je weer geil wordt en zin krijgt. De zin blijft gewoon. Daardoor kun je ook veel beter je piemelmomenten kiezen. Op elk moment dat het uitkomt kun je even met je piemel bezig zijn. Of stoppen. Wel of geen zin hebben wordt veel minder bepalend.

Klaarkomen kun je dan enkel nog doen als je nog eens wilt weten hoe dat vroeger voelde of als je even haast hebt. Voor de rest heb je het niet meer nodig. En heb je nooit meer een naar gevoel over je zelf door die vervelende afknapper van vroeger.

Blijf trainen want wie het leert had niet vermoed zo een leuke piemel te hebben. Het kan met elke piemel.